Week 6 | door Tom Maassen
Esthetisch beraad
We begonnen deze zesde week van de minor The Art of Caring met wat we noemen een esthetisch beraad. We namen plaats in een kring en startten de inleiding tot ons beraad. Laagdrempelig, open, zonder uitgebreide theoretische uitweiding over het te bespreken thema, maar met een vraag: Hoe werkt zintuiglijke ervaring? Met inachtneming van de belangrijkste gedragsregels die ook voor een moreel beraad gelden: actief luisteren, laten uitpraten, niet de discussie aangaan, meedenken en zoveel mogelijk de ander ondersteunen in ideeënvorming.
Onze waarneming, het gebruik van de zintuigen, zien, ruiken, horen, voelen, proeven, ervaren, het zijn vermogens, activiteiten of instrumenten die we de hele dag door doen. Voor ons mensen, voor onze visie op – en positie in het leven, voor onze kennis en opvattingen over betrouwbare kennis is zintuiglijke ervaring onmisbaar. En specifiek voor zorgprofessionals en kunstenaars zijn waarneming en oordeelsvorming onontbeerlijke onderdelen van de professionele kunde.
Maar… hoe werkt dat nou eigenlijk, die perceptie, de verwerking van ruwe data en beelden tot oordeel, kennis en inzicht? Is waarneming voor alle mensen hetzelfde? Vaak niet, want we zien dingen verschillend. Maar hoe verschillend, en wat verschilt? Verschilt de waarneming? Of eerder het oordeel dat we naar aanleiding van waarnemingen vormen? En wat kunnen we zeggen over de relatie tussen waarneming en werkelijkheid? Bestaan de objecten die we waarnemen net zo in de werkelijkheid? Bestaan ze überhaupt los van mijn waarneming ervan?
Gedurende het uur dat we dit gesprek voerden raakten we zoekend en aarzelend aan een flink aantal thema’s dat aan het hoofdthema verbonden is: empirie en ratio, logica en wiskunde, beeld en afgebeelde, representatie en werkelijkheid, de woorden en de dingen, grenzen en mogelijkheden van het kennen en van onze expressie, vrijheid, etc.
Deze toegankelijke gespreksvorm maakt lastige esthetische vraagstukken niet per se eenvoudiger. Wel zorgt zij ervoor dat het problematische gehalte ervan invoelbaar wordt.
Want na ongeveer een half uur kwamen we via vaak onnavolgbare paden tot een voorlopige conclusie: dat we niet met zekerheid kunnen zeggen dat mensen hetzelfde waarnemen, en evenmin dat er buiten en los van onze waarneming überhaupt iets bestaat…
We hebben beelden die we waarnemen…
Kun je dat uitleggen?
Nou, we vormen ons beelden… en die zien we…
Wat is er volgens jou buiten het beeld?
Niets volgens mij?
Niets?
Nou ja, dat weten we niet…
Aangezien zulke voorlopige conclusies voor sommigen nogal onverteerbare kost was op deze maandagochtend, zochten we verder en kwamen we op taal en betekenis te spreken, op de relatie tussen taal en waargenomen werkelijkheid, op poëzie en de vermogens en beperktheden van taal.
En daar ligt een mooie brug naar de les van volgende week, waarin we gaan luisteren naar de muziek van de Amerikaanse componist John Cage (1912-1992), en poëzie gaan schrijven volgens het regelsysteem dat hij daarvoor heeft ontworpen. Die les gaat voor een belangrijk deel over de regels die je hanteert en de keuzes die je daarbij maakt; dat de mogelijkheden die het gekozen systeem je biedt altijd noodgedwongen gepaard gaan met bepaalde beperkingen.. en over de vraag of de effecten, consequenties en uitkomsten acceptabel zijn of niet.
Gastles van Atty Bax
Ondertussen ontving ik een bericht van Atty Bax, dat ze beneden naast de hoofdingang koffie zat te drinken en of ik haar kon komen ophalen zodra het uitkwam. Atty is adviseur Kunst & zorg bij Kunstloc Brabant, en doet er alles aan om zorginstellingen en kunstenaars op een duurzame manier met elkaar te verbinden, door samenwerkingen vorm te geven en zo de creatieve visie van de kunstenaar van nut te laten zijn voor de zorg, en voor kunstenaars de zorg als werkveld te ontsluiten voor die kunstenaars. Atty nam plaats en leidde ons – net als vorig jaar – langs de vele mooie projecten die zij de afgelopen tien jaar in Brabant heeft begeleid. Ook kwam ze met scherpe adviezen voor de studenten, over de keuzes die zij de komende weken gaan maken voor hun eigen project.
Collaborative drawing o.l.v. Marieke Zwart
Dinsdagochtend waren we op de KABK voor een opdracht collaborative drawing. Het centrale thema van die opdracht was emoties. Nadat Andries een prachtige inleiding gaf over Spinoza´s visie op emoties, met als boodschap dat de emoties die doorgaans onze inactiviteit vergroten, zoals verdriet en boosheid, niet per se negatief hoeven te zijn, en dat omgekeerd de emoties die ons juist actiever maken, zoals vreugde en blijdschap, niet enkel positief zijn. Dat heeft te maken met onze zelfkennis en met het beeld dat wij onszelf vormen van ons eigen lichaam: hoe adequater het inzicht in de oorzaken van mijn geaffecteerdheid, des te minder ik eronder lijd… Mooi, en moeilijk…
De studenten (van diverse zorgopleidingen en kunstacademies) hadden allemaal hun eigen stukjes houtskool meegebracht. Tekendocente Marieke Zwart deelde de groep in tweeën en rolde twee grote vellen papier uit. De ene groep ging in een ruimte met een vijftal emoties aan het werk, en de andere groep in een andere ruimte met vier.
Werk samen en teken.
De ene groep ging zonder overleg aan de slag met tekenen. De uit te werken emoties stonden op plakband te lezen naast de tekening: de studenten deden hun ding en hielden elkaars werk ondertussen nauwgezet in de gaten, ze zochten toenadering en wilden overgang tussen delen realiseren, namen als vanzelf elkaars tekenwerk over en werkten dat verder uit, totdat het hele oppervlak – flow – een vrij organische invulling had gekregen,
De groep die met de andere emoties aan de slag ging, voerde eerst overleg en zocht naar een gezamenlijk beeld dat als uitgangspunt kon dienen. Vervolgens ging iedere student in een eigen denkbeeldig kwadrant aan de slag, en was van overlap en aansluiting in eerste instantie geen sprake. Een aantal van hen had moeite te bedenken wat te tekenen, wat zo nu en dan leidde tot zichtbare frustratie. Een interventie, “switch places”, doorbrak even het vastlopen en bracht meer dynamiek en geheel tot stand, terwijl het gegeven van de interventie als zodanig niet door iedereen als prettig werd ervaren; weerstand, stagnatie en verdeeldheid…
Twee unieke vormen van samenwerking, vormen die op dat moment in die context werden bepaald door een veelheid aan factoren: ruimte, opdracht, vorm, woorden, mensen, ideeën, beelden en zelfbeelden, gevoelens, percepties, oordelen, verwachtingen, historie, en ga zo maar door, weergegeven in twee beelden.
Bijzondere week!
Tom